Pastorale au parvis – Nisse 2013

Leoni Jansen

Leoni Jansen

Het festival in Nisse is kleinschalig maar wat sfeer betreft hoort het bij de toppers. Leoni Jansen tekende dat zaterdag 13 juli treffend vanaf het podium met een beeld van haar uitzicht. De avondzon scheen op dat moment op de lindebomen rond het dorpsplein; een idyllisch plaatje. De officiële naam van het festival luidt niet voor niets: ‘Pastorale au parvis’ (herderszang op het dorpsplein). Toch is het niet altijd mooi weer in de Zak van Zuid-Beveland. De bezoekers van de vorige editie herinneren zich het slechte weer maar al te goed. Deze achttiende keer waren de omstandigheden echter ideaal. Tot groot genoegen van de bezoekers en de organisatoren. Het consumptieverbruik lag hoog en dat is belangrijk voor een festival dat op zaterdag gratis optredens aanbiedt.

Op de vrijdagavond ervoor was het – te betalen deel van het – festival al gestart in de hervormde kerk met een optreden van Thomas Zwijsen. Na zijn conservatoriumopleiding speelde hij zich al snel in de kijker. Nu reist de gitarist de hele wereld over met zijn eigen arrangementen van Iron Maiden-songs. Die klinken gevarieerd, herkenbaar en aangenaam. Op doorreis naar Brazilië liet de snarenvirtuoos nog even zijn indrukwekkende visitekaartje in Nisse achter. Wat later sloot hij zich ook nog bij een gitaartrio aan. Dat drietal kwam enige tijd geleden bovendrijven bij een talentenproject. De beloning was een plaats op het festival. Op die manier biedt Nisse niet alleen een plek voor min of meer gevestigde namen, maar ook voor aankomend talent. Het is niet toevallig dat juist die talentvolle muzikanten later vaak terugkeren naar het Pastoralefestival als ze zich verder hebben ontwikkeld.

Lieven Tavenier en Bruno Deneckere
Lieven Tavenier en Bruno Deneckere

Veel indruk maakte de Vlaamse evenknie van Bob Dylan, Bruno Deneckere. Zijn Engelstalige liedjes kregen nog meer kracht door de assistentie van Nils De Caster op mandoline en steelgitaar. Vooral op viool is deze muzikant uit Deurle ijzersterk. Hij bezit de allure van wijlen Stephane Grapelli. Lieven Tavenier startte zijn programma met slechts zijn stem en zijn gitaar om vervolgens met de zeskoppige band – White Velvet – het lied Hallelujah door de veertiende eeuwse kerk te laten klinken. De Vlaamse grootheid was niet helemaal stemvast. De verstaanbaarheid van zijn liedjes ging echter nog verder verloren tussen het geweld van zijn eigen band en de galm van de kerk. Jammer! Bij Tavenier gaat het immers vooral om de teksten die bol staan van melancholie en verlangen en natuurlijk zijn hang naar Toscane. Naarmate de avond vorderde begon hij zich wel steeds meer op zijn gemak te voelen.

Nisse

Op zaterdagmiddag verrichtte Francis Levoy de muzikale aftrap. Met zijn trio speelde hij vrolijke muziek met Amerikaanse wortels. Vervolgens bracht Sarah Ferri met veel overtuiging en expressie, meeslepende en popachtige liedjes. Haar ritmisch sterke band leverde daarbij een perfecte ondersteuning. De band Tyrconnell bijgestaan door het vocale dameskwartet Straatruis vulde het Schots-Ierse deel van het goed opgezette programma. Het dameskwintet Bells of Youth legde daarna het accent op aansprekende pop-a-like liedjes.

De festivalgangers konden naast de podiumoptredens ook nog kiezen uit keet- en fluisterconcerten. In een bouwkeet was plaats voor 15 luisteraars en via een koptelefoon konden steeds 25 bezoekers de door hen gekozen ‘fluisterende’ artiesten beluisteren. Sommigen daarvan verschenen ook op een van de twee podia, maar opnieuw was hier weer plaats ingeruimd voor aanstormend talent.

Het optreden van de Balcony Players bleek een voltreffer. De band debuteerde enkele jaren geleden in Nisse, maar ontwikkelde zich verder en treedt steeds vaker op in het buitenland. Onder aanvoering van violiste Moniek de Leeuw zweepte de band met klezmer- en balkanmuziek het publiek behoorlijk op. Een danseres wist bovendien nog enkele bezoekers tot een dansje te verleiden.

Balcony Players
Balcony Players

Een ander hoogtepunt vormde het optreden van Leoni Jansen, bijgestaan door gitarist Erik Rutjes. De gitaarspelende zangeres wisselde op vakkundige wijze gemakkelijke toppers (Scarborough fair) af met actualiteit (Magdalena laundries) waarbij ze soms nog een geëngageerde boodschap meegaf aan het publiek, dat ze uitstekend wist te bespelen.
The Lost Brothers
poetsten hun ‘Ierse Everly Brothers’-imago verder op door – naast hun rechttoe rechtaan liedjes – ook nog eens Bye, bye love van het legendarische Amerikaanse duo te coveren. Tegen middernacht kreeg de Old Time String Band nog diverse benen op de dansvloer in beweging. De hillbilly, country en Amerikaanse folk van de West-Friese band bleek een gezellige afsluiter.

Scroll naar boven