(Nordic Notes NN 179)
Een zeer bijzondere cd van een bijzondere formatie met een bijzondere naam. Marion Selgall (zang, tamboerijn), Greta Liisa Grünberg (zang, talhapra, frame drum), Maria Mänd (zang, viool, talharpa) en Kaisa Kuslapuu (pijporgel) vonden elkaar in de fascinatie voor traditionele koraalmuziek uit Estland. Dat repertoire brengen ze op deze cd, afgewisseld met enkele, even traditionele- Runo liederen. De melodieën zijn simpel, vaak met een traag tempo met een ingetogen begeleiding. Dat geeft de muziek een wat mystiek, maar zeker meditatief karakter.
Het kerk -(of pijp)orgel als begeleidingsinstrument voor deels religieuze, sacrale en profane liederen kennen we bijvoorbeeld ook in de Bretonse muziek. De koralen zijn een heuse traditie in Estland en worden beschouwd als traditionele volksmuziek. Naast het zeer ingetogen klinkende pijporgel zijn viool en talharpa de begeleidingsinstrumenten voor de vocalen. De talharpa is een met paardenharen besnaarde harp.
Vreemd genoeg verwacht je polyfonie in de liederen. Dat komt voor, maar het merendeel wordt unisono meerstemmig gezongen. Naast het devote karakter zijn er toch momenten van ‘opwinding’, zoals het opzwepende Aukuninga oh Jeesus, of de afsluitende Danse real in track 6. Ma olen maa peal vooras (Als gast op aarde dwaal ik rond) is een fascinerende cd waar je rustig voor moet gaan zitten, je mee laten slepen en de haast helende werking over je heen laten komen. Runo naast koraal? Past perfect. Bijzonder…
