Alterne
(Go’Danish Folk Music, GO0324)
De muzikanten van Alterne troffen elkaar aan de Sibelius Academy in Helsinki. Naast de Deense zangeres en tekstschrijfster Ida Marie Jessen en de uit Estland afkomstige accordeoniste Maimu Jögeda (ook stompbox), ging ook de uit België afkomstige violist en gitarist Oscar Beerten mee aan boord voor een innoverend akoestisch folkexperiment, waarin folk, pop en ambient elkaar ontmoeten, ‘dream folk’, zo je wilt. Deze laatste verdiepte zich de voorbije jaren heel intens in zowel de Noorse als de Centraal-Europese traditie. De songs op dit album staan op eentje na allemaal op naam van Ida, terwijl de twee kompanen heel gefocust mee de arrangementen op het getouw zetten.
Na een feeërieke inzet van accordeon en viool daagt Finland, in een prille overgang van winter naar lente, heel langzaam voor ons op in een zes minuten durende verkenning. Onmiddellijk worden we gegrepen door het heldere stemgeluid. Wanneer ze de vogeltrek van de sterns mijmerend beschrijft in All terns verleent haar kantelespel een sprankelende bijkomende toets. Beerten bekwaamde zich de voorbije jaren ook op hardangerviool, en deze komt een eerste maal piepen tijdens het kristallijne, misschien toch wat bitterzoete liefdeslied Morgensolen (‘ochtendgloren’) dat alsnog jodelend de zon tegemoet zingt. Voor Det havet så nyligen regnet (‘het heeft onlangs geregend’), het enige niet eigenhandig geschreven nummer, zetten ze de tekst van Johan Ottosen op een nieuwe melodie. In 1890 geschreven, verhaalt het een bezoek van Zuidelijke Jutlanders aan Kopenhagen. Het werd onmiddellijk een verboden anthem, gezien die regio op dat moment onder Pruisische bezetting leefde en elke droom tot hereniging taboe was.
Nadat Oscar Polsan introduceert met metalige banjoachtige pizzicato’s (evenwel geproduceerd door een combinatie van altiviool en viooltokkels), voert dit nummers ons recht naar de Hongaarse poesta, mee vanuit het typische scatten of neuriën in combinatie met het potige strijkerswerk. We mogen evenwel ook het accordeonwerk op geen enkel moment uit het oog verliezen. Zo neemt ze het heft in handen in het integere Quiet heart, om vervolgens een ritmische baslijn te leggen voor het flitsende vioolwerk, dat uitmondt in een plagerige instrumentale dialoog. Eindigen doen ze met een repetitief bezwerend nummer waarin de rivier uitgenodigd wordt om zich te laten uitmonden in de zee. Opnieuw weerklinkt hierin de melancholie die opduikt wanneer we een glimp willen opvangen van de diepten van de menselijke existentie.
Elk van de negen liederen op dit album kreeg een uitgebreid instrumentaal kader aangeboden, waardoor telkens een breed uitgesponnen, buitengewoon boeiende spanningsboog tot ontwikkeling kan komen, en tekst en melodie alle tijd krijgen om zich in het oor te planten. Hier staat het scheppen van een sfeervol universum met lyrische melodieën met warme klankkleuren en subtiele solo’s centraal. In het booklet vinden we de op een na in het Deens gezongen teksten allemaal terug in een Engelse vertaling. Neotraditie met karakter, waar in een atmosferisch universum innovatie en traditie elkaar ontmoeten!
Website: Alterne (@alternemusic) • Instagram-foto’s en -video’s