Son Atlantel
(Coop Breizh CD 1070)
Son Atlantel is een cd met negen composities en een bonustrack. Harpist Andrea Seki laat in de titeltrack en opener Son Atlantel al een veelheid aan kunnen horen. Het is een suite in vier delen die variëren in tempo, ritme en arrangementen. Dominerend zijn de klanken uit zijn drie harpen: een Keltische, een electro-akoestische en een bronssnarige neo Keltische harp. Seki wordt bijgestaan door good old David Hopkins (percussie) en Fabrice de Graef (bansuri) en de nauwelijks opvallende Jo van Bouwel (vocalen). Daarnaast voegt Seki geluidseffecten toe. Ik noem ze eerder geluidsbarrières. Als ‘bindmiddel’ tussen de diverse delen van de suite kan het effectief zijn, maar hier overheersen ze en overstemmen ze. Dat geldt in feite voor het hele album, waarin het harpspel van Seki wordt weggedrukt door andere klanken. Komt ook nog bij dat Seki soms te veel wil laten horen is en (te) veel triolen gebruikt. Kortom, erg onstuimig en onrustig. Een kritiekpunt geldt ook de vocalen. Met name in het wat hoogdravende Morning star. Dat wordt door Seki gezongen in belabberd Engels, soms simultaan met Van Bouwel. Of het de stem zelf of de wijze van mixen is weet ik niet, maar wel dat de vocalen van van Bouwel erg fragiel klinken, nauwelijks robuust. Wellicht dat het een feeëriek sfeertje op moet roepen, maar daarin slaagt het niet. De track Feunteun oad geeft enig (klank)beeld van hoe Seki zou kunnen klinken zonder poespas. Hij speelt dit nummer solo, maar wel weer met een effect op de harp (reverb). Windy hills is soortgelijk en ditmaal is de percussie – zowel Seki op de klankkast als Hopkins met oa cymbalen – wel effectief. Het gaat te ver om Son Atlantel alleen maar af te branden. Seki is duidelijk op zoek naar een nieuwe sound rond de harp. Dat is lovenswaardig en dan neem je risico’s, die niet immer goed uitpakken. Vooralsnog het voordeel van de twijfel, maar wat mij betreft mag Seki veel meer rust en ruimte in zijn creaties toelaten.