Sacramental Journey
(Eigen beheer)
Anthonie van den Buuse is een van ’s Neerlands beste akoestische gitaristen. Niet vanwege zijn virtuositeit noch flitsende soli. Bij de Middelburgse gitarist zal je ook weinig composities tegenkomen waarbij modulatie als kunst is verheven in plaats van efficiënte noodzakelijkheid.
En waarom is Van den Buuse dan toch een fenomeen? Vanwege de strikte eenvoud in zijn composities, zijn directheid en vooral het gevoelige dat in zijn songs verankert ligt. Zijn composities zijn verhalen. Instrumentaal weliswaar, maar ze zijn geschreven om uitdrukking te geven aan emoties, belevenissen, ervaringen, zowel persoonlijke als beschouwende. Niet louter leuke of interessante deunen in elkaar steken ter illustratie van je vakkundigheid, iets waar je toch regelmatig tegenaan loopt bij de lichting (new) acoustic music snarenplukkers. De songs van Van den Buuse zijn vooral lyrisch, melodisch, met fraaie harmonieën in open stemming, geënt op een subtiele, doch robuuste ritmische kern. De klank die de Middelburger produceert met zijn Lowdon gitaar is warm, helder, vol en tegelijkertijd transparant.
Zijn tweede schijf Sacramental journey klinkt volwassener dan het debuutalbum Glorious morning. Niet in de laatste plaats door het productie- en opnamewerk van Eddy Telapary. Die doet een niet onbelangrijke duit in het zakje als medegitarist op vier tracks. Telapary is een gitarist met een geheel andere stijl, maar juist dat verschil is een perfecte aanvulling. Heerlijk is de tegenmelodie in openingstrack Buzzards above cornfields. De melodie laat je gewoon die buizerd ‘horen’ vliegen en bidden. Een voortreffelijk staaltje van auditieve suggestie.
Naast Telapary is de uiterst ingetogen, subtiele bijdrage van Baby Dee Norris op accordeon in de titeltrack van grote klasse. De bluesy harmonica van Gait Klein Kromhof geeft wat extra cachet aan Joy of my life. Zoon Koen speelt een high toned bass op The lake in Luna’s light. Ik vind hierbij de klankkleur niet efficiënt. Wellicht had een fretless wat meer body gegeven, of zoals in het tweede deel, een diepere klank. Twee opmerkelijke tracks zijn The brave scottisch piper, waarin iets van grootmeester en voorbeeld Pierre Bensusan doorklinkt en Requiem for Gert, een ode aan de te vroeg overleden mentor, vriend en collega gitarist Gert de Meijer. Een heerlijke cadans, meeslepend en ontroerend, en schoon in eenvoud.
De meeste nummers van Van den Buuse zijn (s)low- en op zijn minst mediumtempo. Het afsluitende opgewekte bluesy Sunbeam Dance, een uiterst fraai één-tweetje tussen de heren gitaristen, wijkt daar van af.