Rhapsody in blue
(Thirty Tigers 83939CD)
Béla Fleck is een virtuoos op een instrument dat qua basis één van de minst flexibele lijkt voor progressieve muziek. Zo heeft een banjo een klank die meteen doodslaat en niet nagalmt. Het past perfect in clawhammer old-time en in de basis van bluegrass. Maar Fleck haalt het ogenschijnlijk onmogelijke uit het instrument, en heeft in zijn oeuvre al de meest wilde koersen bevaren, van jazz tot Afrikaans, van funk tot zeer hoogstaande bluegrass.
Op dit album begeeft hij zich op het terrein van componist George Gershwin, de man die het klassieke oeuvre van zijn voorgangers en medecomponisten wist op te vrolijken met elementen uit de jazzmuziek. Het meest in het oor springende werk van Gershwin is ongetwijfeld de compositie Rhapsody in blue, een dialoog tussen concertpiano en orkest, al opent het stuk met de wereldberoemde klarinet glissando. Fleck laat zich in zijn muzikale ontwikkeling door niks en niemand tegenhouden, en creëerde een ode aan het werk van Gershwin, met dit uitzonderlijke album.
Daarop zijn drie zeer uiteenlopende versies van Rhapsody in blue te horen, naast twee andere bewerkte werken van Gershwin. Rhapsody in blue in bluegrass-stijl, blues-stijl en de maar liefst een kleine negentien minuten durende orkestrale versie met de banjo in plaats van de piano in de hoofdrol. De bluegrassversie mondt uit in een ruim twaalf minuten durende variant, met onder andere Sierra Hull op mandoline, haar levenspartner Justin Moses op dobro, Michael Cleveland op fiddle, Brian Sutton op gitaar en Mark Schatz op contrabas. De bluesversie wordt vertolkt in samenwerking met onder andere Sam Bush op mandoline en Jerry Douglas op dobro.
Voor de liefhebber van Newgrass & beyond is het smullen, want het album gaat geen moment vervelen. Voor de traditionele bluegrass fan is het wellicht toch te veel geïmproviseerd, maar neem toch eens de tijd om naar die man met de banjo te luisteren, hij laat horen hoe virtuoos dit instrument echt kan zijn! Fenomenaal!