Tanga
Le tresor des Ancêtres
(Buda Musique 4793668)
Dama & Erick Manana
Vaonala
(Acoustic Musique Records 319.1559.2)
Madagaskar lijkt weer ‘hot spot’, te zien aan het aantal cd’s dat we de laatste tijd ontvangen. Allereerst is er Tanga, de groep vernoemd naar leider Tanga Andriakamelo, een agrariër uit de zuidelijke hooglanden van Madagaskar. Hij begon ooit met zijn oudere broer, maar richtte zijn eigen trio op. Tanga speelt gitaar, harmonica, kabasy (een luitgitaar met alleen treble snaren), percussie en neemt meestentijds de leadvocals voor zijn rekening.
Zijn broers Dina (basista – een tweesnarige bas, melodica en zang) en Alfred (shaker, zang) vullen het rio aan. Maar intussen is Tanga het een hele familiegebeurtenis geworden, met zussen, nichten, neven als koorzangers, dansers en percussiespelers. Tanga brengt het verhaal van het verleden, maar in eigen composities. Daarmee hoopt hij de cultuur van zijn stam, volk en land over te dragen aan jongeren.
De muziek is vrij eenzijdig en meestal upbeat. Dat je er vrolijk van wordt en flink op kan dansen geloof ik onmiddellijk. Maar het is ook ruraal, soms onzuiver, rommelig, maar dat heet dan authentiek. Verwacht ook geen hoogstandjes van de opnametechniek. Het gebrabbel na of voor de songs doen denken aan een veldopnamen, maar is het niet. De cd zal hier weinig respons kunnen verwachten. Daarvoor is het toch te beperkt.
Dat geldt niet voor Vaonala, de duoschijf van Dama en Erick Manana. Beiden spelen een standaard akoestische gitaar en doen dat meer dan voortreffelijk. Continu herhalende riffs zorgen voor een hypnotiserend, meeslepend effect. De twee nemen ook vocalen voor hun rekening. Soms solo, soms meerstemmig, soms ook in zang en tegenzang. De stemmen zijn warm, zuiver en prettig om naar te luisteren.
De openings- en titeltrack herbergt het allemaal in zich en spoort aan tot verder luisteren. Je herkent zowel standaard bluesriffs als de karakteristieke staccato riffs uit Madagaskar. Een korte beschrijving van de inhoud van de songs is opgenomen in het cd-boekje. Een fraai lied is Barikavily van Manana, met knappe harmonieën. De song doet zelfs wat mediterraan aan. Ook hier is het grootse deel upbeat, zwoel, warm en dansbaar. Minder authentiek, meer eigentijds. Zou het goed doen op één van de world music festivals…