 |
Woody Guthrie’s Roll Columbia
(Smithonian Folkways SFW 40226 / Music & Words)
De meest creatieve periode van Woody Guthrie is wellicht die ene maand in 1941 dat hij ambtenaar was. In mei van dat jaar kreeg hij een uitnodiging van de Bonneville Power Administration om liedjes te schrijven voor een documentaire film. Het doel was om daarmee het bouwen van dammen in de Columbiarivier te promoten. Guthrie was danig onder de indruk van het project en schreef in die korte periode zesentwintig liedjes waarvoor hij $267 ontving. Daarbij zijn enkele van zijn mooiste en bekendste zoals Pastures of plenty, Roll Columbia roll en The Grand Coulee Dam.
Slechts zeventien van die songs werden uiteindelijk opgenomen en pas veel later uitgebracht. Nu zijn voor het eerst alle zesentwintig liedjes bijeengebracht. Ze worden gezongen door artiesten afkomstig uit het noordwesten van de Verenigde Staten. De regio waar de Columbiarivier stroomt en de dammen hun plek hebben ingenomen.
De songs geven een kijk op de werkwijze van Woody Guthrie en zijn kracht als liedschrijver. Hij maakte regelmatig gebruik van oude folksongs die hij ombouwde tot een eigentijds lied. Dat deed hij ook hier maar uit dit bijzondere liederenboeket blijkt ook het grote poëtische vermogen van Woody als tekstschrijver.
Hoewel alle artiesten op de cd’s de songs in de folktraditie uitvoeren, verschilt de aanpak nogal. Lumber is the king werd nooit eerder uitgebracht. Toch blijft de uitvoering door Cahalen Morrison waarschijnlijk erg dicht bij de versie zoals Guthrie die waarschijnlijk zou hebben gebracht. Eleckatricity krijgt een meerstemmige uitvoering van de Tornfeld Sisters en End of my line klinkt hillbilly-achtig in de interpretatie van Timberbound. In de uitvoering van Darrin Graig blijkt zijn ontzag voor The Grand Coulee Dam en Orville Johnson laat Pastures of plenty swingen.
Ook de overige drieëntwintig liedjes – enkele klinken twee keer – krijgen een eigen interpretatie van artiesten die bij ons nauwelijks bekend zijn. Samen met de uitgebreide toelichting van ruim veertig bladzijden werpt deze dubbel-cd een unieke blik op een bijzonder project van ruim driekwart eeuw geleden.
