Möya og myten
(Nordic Notes NN 063)
De gezongen Noorse volksmuziek is geworteld in een eeuwenoude traditie. Kveding wordt die manier van zingen genoemd. De oude liederen en ballades klinken altijd a capella en meestal solo. Folkzangeres Liv Ulvik pakt het met twee jazzzangeressen, Wenche Losnegård en Anja Eline Skybakmoen, in Eplemöya Songlag anders aan. Het drietal bouwt voort op de traditionele kveding, maar dan wel eigentijds.
Oude ballades krijgen gezelschap van eigen gecomponeerde onbegeleide liederen. Ulviks schrille stem vormt vaak het leidende element, maar de arrangementen verschillen sterk. Soms zingen de anderen een aanleunende tegenstem, een andere keer weer een tweede en/of derde stem, dan weer woordloze zang om een soort bourdon-effect te creëren.
De mythische teksten zijn gevuld met moralisme. De titel (De maagd en de mythe) past daar uitstekend bij. Voor wie het Noors niet machtig is, zijn Engelse samenvattingen in het tekstboekje meegeleverd.
Opvallend is de vervanging van de Noorse ‘ø’ in titels en teksten door de ‘ö’. Een knieval van het Duitse label voor eigen publiek? Misschien ook om Emplemøya Songlag een Finse uitstraling te geven. In het Fins wemelt het immers van die dubbele punten. Zou zo maar kunnen. Soms hoor je in de verte Värttina. Toch blijft het Noors vakwerk.