(Heideck records HD20222)
Freaky folks is het eerste studio album van Fiddle Folk Family na twee uitgaven met live-opnamen. Met folk families ben ik wat terughoudend. Soms pakt het voortreffelijk uit, maar net zo goed is er sprake van een zichzelf overschattend ‘it’s all in the family’ gebeuren. En als je dan leest dat deze Duitse formatie – bestaande uit vader, moeder, zoons en kleinkinderen – Duitse, Ierse en Amerikaanse folk tot hun bewerkingsgebied rekenen, wordt de argwaan slechts groter.
De introductie op de cd is een leuke vondst: de eerste tonen klinken als een ouderwetse transistorradio, waar in een radio-uitzending wordt aangekondigd dat een bijzondere groep het komende uur centraal staat. Het vloeit over in een aankondigingslied, gedeeltelijk gezongen in Duits en Engels en loopt weer over in het gekender The Mason’s apron. De eerste kennismaking, zowel instrumentaal als vocaal, valt zeker niet tegen. Eerste horde overwonnen. Ook de medley daarna – Arkanses traveller /The musical priest/Morrison’s jig – kan de goedkeuring wegdragen.
De leadzang in Orange blossom special is wat mager, maar het vioolgeweld compenseert het deels. Hetzelfde gaat op voor County down/Humours of Loughrea, maar het moet gezegd worden dat het arrangement voor deze gekende deunen creatief is. Red haired boy krijgt eveneens zo’n eigenzinnige bewerking. Aanvankelijk wat freaky, maar toch weer uitmondend in een krachtige, swingende versie. Zelfs het onvermijdelijke Wayfairing stranger is verrassend en aangenaam.
Vocaal uit de familie zich voortreffelijk in If I had wings. Meer moeite heb ik met de combinatie Dat du min leevsten büst/Inisheer. Niet qua uitvoering, maar het wringt gewoon om een Duitse traditional met eigen karakteristiek te verbinden met een instrumentaal uit een geheel andere cultuur. Twee overbodige songs zijn The drunken sailor (hier verdekt onder de titel What shall we do) en het afgezaagde Wild mountain thyme, dat een té geforceerde mainstream versie krijgt.
Al met al valt Freaky folks niet tegen, maar naar mijn idee zou Fiddle Folk Family zich meer moeten concentreren op hun sterke punten: het bewerken van Ierse en Amerikaanse traditionals – liefst ook een groter aandeel voor minder bekende tunes en liederen – en de krampachtige verbinding met het eigen erfgoed links moeten laten liggen.