Gouanv bepred
(Buda Musique 3720520)
Yann-Fañch Kemener bracht als twintigjarige zijn eerste lp uit in 1977, toen nog onder zijn Franse naam Jean-François Quémener. Zijn zang van Bretonse liederen werd onmiddellijk hoog geprezen. Sindsdien heeft hij aan vele projecten meegewerkt en in zeer diverse groepssamenstellingen de Bretonse zang en cultuur uitgedragen. Sinds ruim tien jaar werkt hij vaak samen met cellist Aldo Ripoche. Op de recentste cd waarop Kemener zingt, spelen naast Ripoche ook nog de jongere muzikanten Damien Cotty en Hervé Merlin mee. Cotty bespeelt de viola de gamba en Merlin de theorbe. Ook Ripoche speelt niet op een hedendaagse cello maar op viola de gamba, violoncelle d’amour en basse de violon. Het zijn oude, barokke instrumenten met doorgaans meer snaren dan de hedendaagse snaarinstrumenten. Tussen de zangnummers door worden ook instrumentale nummers gespeeld van Franse barokke componisten, vooral van François Couperin (1668-1733). Op enkele korte nummers horen we de theorbe solo. Het instrumentarium en de in trio gespeelde nummers geven deze cd een vrij klassieke klank, ondanks het feit dat de gezongen nummers uit de Bretonse volksmuziektraditie komen. Alles samen hoor je hier geen speelse lenteklanken. Het geheel klinkt eerder somber als winterse dagen waarnaar de titel van de plaat verwijst. Gouañv Bepred betekent immers Altijd Winter. Begeleid door deze oude instrumenten bewijst Kemener nog maar eens dat hij tot de grote stemmen van Bretagne gerekend moet worden.
