Ar Uair Bhig an Lae (The small hours)
(Muna 001)
Waar zijn ze gebleven, de grote Ierse zangeressen van het traditionele lied? Het is al jaren stil rond Dolores Keane. Maura O’Connell stortte zich op de country en Mary Black en Moya Brennan richten zich liever op de softpopfolk. Bij de heren lijkt het iets, maar niet veel beter, al is er nog steeds Iarla Ó Lionáird en mag Lorcan MacMathuna zich de kroonprins noemen. Uiteraard kennen we nog good old Karen Matheson en huidige ster Julie Fowlis, maar die komen uit het Gaelic gebied van Schotland… Blijft over Muireann Nic Amhlaoibh. Bekend van Danu en van haar samenwerkingen met oa Fowlis blijkt deze Ierse de fakkeldraagster van het traditionele en hedendaagse Ierse lied. Het duurde 6 jaar voordat ze met een opvolger van haar debuut Daybreak kwam. Ar uair bhig an Lae (The small hours) is het wachten meer dan waard. Haar stem is ongeëvenaard: helder, krachtig en toch met dat kenmerkende Ierse nasale. Maar het is vooral het uitgebalanceerde van de instrumentatie die de songs hun meerwaarde geven. Een groot deel van de elf songs zijn (slow) ballads met een minimale instrumentatie. Soms alleen begeleid door harp (Michael Rooney) of gitaar (Gerry O Beirne) en wanneer het wat meer uptempo gaat aangevuld met een selectie uit viool (Oisin McAuley), harmonica (Mick Kensella), banjo (Liam Flanagan), bas (James Blennerhasset) en bodhran (Billy Mag Fhloinn), terwijl Nic Amhlaoibh haar kunsten op whistles regelmatig laat horen. Die slowballads dwingen je met volle aandacht te luisteren. Niet dat je ook maar een geringste van de tekst verstaat, maar door de uiterst fraaie manier van zingen. Nic Amhlaoibh trekt je als het ware in de song. Wel opvallend is dat ik bij een drietal songs onmiddellijk moest denken aan versies van She moves through the fair. Maar het album biedt dus voldoende afwisseling in tempi, stijl en arrangementen. Zo staan er ook vijf Engelstalige songs op Ar Uair Bhig an Lae (The small hours). Het relatief onbekende The bold Fenian men, van Foggy dew componist Peader Kearney, is daarbij mijn absolute favoriet: intens gezongen, slechts schitterend begeleid door O’Beirne en een subtiele opbouw in dynamiek. Maar ook de aanpak van Another day (Tim O’Brien en Darrell Scott) is groots. Na de dying seconds van het a capella gezongen slotnummer An Clár bog deil word je gewoon even stil, om te genieten van de pracht en praal die de voorgaande 50 minuten passeerden.