Ze kenden elkaar van het Utrechts folkcentrum, jaren geleden eind jaren zestig. Maar meer dan een enkel nummer samen uitvoeren en een track op het debuutalbum van Leo kwam het nooit. Tot zo’n zeven jaar terug Kees van der Poel en Leo Wijnkamp elkaar weer troffen op een mini folkfestival. Het vuur voor de blues, ragtime en folk bleek nog volop te branden. Ragtime Guitar Parlour werd de muzikale uitlaatklep voor twee heren die hun sporen allang hebben verdiend in de rootsmuziek. Plezier staat voorop, maar het educatieve element ontbreekt zelden. We laten ze aan het woord.
Kees van der Poel:
‘Ik was actief in het Utrechtse folkcircuit waar ik samen met Rob Smaling avonden organiseerde. Daar kwam ook Leo, die toen aan het conservatorium in Amsterdam studeerde. We hadden dezelfde fascinatie voor Blind Blake. Live speelden we een nummer en ik mocht bijdragen aan de eerste track op Leo’s album. Maar daar bleef het bij. Ik ging met Rob verder in de Nederlands(talig)e folk, geïnspireerd door Martin Carthy en Andy Irvine, die maar bleven hameren op het exploreren van onze eigen muzikale erfenis.
We zijn het toenmalige Meertens Instituut ingedoken. Wargaren kwam daar uit voort en bestond van pakweg 1971 tot 1973. Daarna begon ik met Frans Smulders een duo. Dat werd met de komst van eerst Jurek Willig en later Rens van der Zalm en Marten Scheffer Wolverlei. Vooral veel snaren en vocaal gericht en veel klankkleurvariatie naar het idee van Planxty. Maar wij speelden bijvoorbeeld ook al met twee violen. Iets wat nu zowat gemeengoed begint te raken in folkgroepen. Na Wolverlei werd het stil(ler). Ik ontmoette Jaap en Carel Kraayenhof. EUTS (Eerste Utrechtse Trekzak Sociëteit) volgde met Carel en Frans Tromp. Dat was zeer onderhoudend. Soms gewoon cabaret.
Ik kan het niet bewijzen, maar Paul de Leeuw heeft toch ooit heel goed naar ons gekeken met een bepaalde scene. Later volgde nog De Link (met Kraayenhof, Ruud Schotting, Hans de Lange en Paul van Brugge), een soort crossover folkjazz. Maar de disco heeft ons genekt. Aanvankelijk had ik een parttime baan in de medische sector. Fulltime beroepsmuzikant zat er gewoon niet in. Dat heb ik verder uitgebreid en me gespecialiseerd in bloedtransfusie. In 2007 gaf Carel drie concerten in het Concertgebouw met wat Ierse folk. Toen ben ik weer muziek gaan maken. In 2012 organiseerde ik een mini-folkfestival met bekenden als gast. Leo was ook uitgenodigd. Daar is de hernieuwde samenwerking begonnen…’
Leo Wijnkamp:
‘Ik ben rond 1970 begonnen met akoestische blues of countryblues. Er waren nog geen boeken of docenten op dat gebied. Ik ben dus autodidact: naspelen op gehoor. Ik trad op in jongerencentra via Cobi Schreijer en kwam zo ook in de Utrechtse folkclub terecht, waar ik Kees ontmoette. Ik schakelde over naar de ragtime, zette pianostukken om naar de gitaar. Ik wist niet precies hoe je dat moest doen, geen leraren of boeken, dus aanmodderen maar. In die periode gaf Stefan Grossman – dé ragtime gitarist in die tijd – een concert in Nederland. Na het optreden vroeg ik hem of ik op de goede weg was en om advies. Tot mijn stomme verbazing kreeg ik een aanbod om een elpee op te nemen. Het werden er twee: Rags to riches en later The return of Dr Hackenbush, beiden op het Kicking Mule label en bijdragen aan drie verzamelalbums. Ik toerde in combi optredens met Grossman, Marcel Dadi, Davey Graham en John Renbourn.
Ik keek enorm tegen die gitaristen op. Ze waren helden voor me, maar ik stond naast ze op het podium. Rond 1974 besloot ik naar het Amsterdamse conservatorium te gaan, maar werd daar drie jaar later wegens recalcitrant gedrag van af getrapt. Ik leerde wat dissonanten waren, deed nieuwe invloeden op als Debussy en Ravel. Een paar van hun werken heb ik dan weer overgezet naar gitaar. Twee seizoenen toerde ik als begeleider van Liselore Gerritsen in Klein concert als opvolger van Harry Sacksioni. Rond 1987 vertrok ik naar Antwerpen. Daar heb ik werken van Satie omgezet naar gitaar en werd gitarist en muzikaal leider van de Internationale Nieuwe Scene. En daarna niet officieel erkend gitaardocent….
Had ik mijn conservatorium maar afgemaakt! Het oude repertoire kwam nauwelijks nog aan bod. Een leuke anekdote uit de oude tijd is dat ik in 1973 twee maal in het Concertgebouw heb gespeeld als support act voor The Eagles. Ja, voor de Hotel California tijd!. Wim Noordhoek, producer van VPRO radio zat in de zaal en kwam na afloop naar me toe. Daaruit is een radiospecial rond mij en mijn muziek uitgerold. Met Kees speelde ik daar The black & white rag van George Botsford. Die rag is telkens de verbinding tussen mij en Kees. Sinds 2014 treden we dus als Ragtime Guitar Parlour op.
Ragtime Guitar Parlour:
‘Naast rags hebben we ons repertoire opgebouwd met onder meer akoestische jazz van Eddie Lang en Carl Kress, voorbeelden voor Django Reinhardt. Heel bijzonder zijn onze tot nu toe twee bewerkingen van atonale composities van Ervin Schulhoff (1894-1942). Hij was een Joodse communist die ook nog eens jazz en dissonanten in zijn muziek verwerkte. Zijn muziek werd daarmee als Entartete musik bestempeld door de Nazi’s. Hij verwerkte ragtime-achtige kenmerken in zijn muziek’. (Wijnkamp)
‘Alle nummers die we spelen hebben een verhaal. We vertellen dat en zetten het in en context. Het heeft een ondertoon. Ik ben van het spannende, Leo is meer de historicus en de brede muzikale kennis. Het doel van Ragtime Guitar Parlour is vooral plezier, dezelfde groove als vroeger na te streven.’ (van der Poel)
‘Optredens gaan moeizamer. Het wereldje is behoorlijk veranderd. Dat is me wel tegengevallen. Veel van de oude clubs bestaan niet meer. Fingerpicking is op zich wel weer populairder geworden, maar het lijkt meer een onderdeel te zijn van de singer-songwriter. Wat we wel doen is opnemen, vastleggen op een eigen label (Medimuse van Van der Poel). En ik ben weer gaan arrangeren. Daar haal ik veel energie uit. Je moet inschatten wat kan als je samenspeelt. Bijvoorbeeld fysieke mogelijkheden als de reikwijdte van de hand van Kees als we een stuk met z’n tweeën spelen en partijen afwisselen. We zijn beiden inmiddels gepensioneerd, maar we werken allebei…. Op elkaars zenuwen dan hè.’ (Wijnkamp)
Van Ragtime Guitar Parlour is een EP in eigen beheer uitgebracht (www.medimuse.nl) en onlangs de cd The Incredible Leo Wijnkamp met stukken uit diens oude albums, aangevuld met nieuwe stukken en aanvullende opnamen.
Een optreden van Ragtime Guitar Parlour is behalve virtuoos een aangename beleving dankzij de humoristische, soms zelfs hilarische aankondigingen van Wijnkamp en Van der Poel. Wie ze live wil horen, kan binnenkort terecht bij de Concertzender. Het programma Acoustic Roots neemt op 3 maart in Podium Oost een concert op, dat wordt uitgezonden op 15 maart van 21.00 -22.00 uur. Kies in de gids van de Concertzender de juiste datum en tijd.