Schotse en Noord Engelse folk (deel 3)

Lauren Collier
Uddevalla
(CPRCD001: Xango Music distribution)

Lauren Collier is een schotse violiste, maar ze beperkt haar repertoirekeuze niet tot het Keltische repertoire. Integendeel: op de speellijst staan composities afkomstig uit Haïti, Frankrijk, Macedonië, Griekenland, India, en een aantal Scandinavische tunes.

Eén compositie, opener Pandangbai is van eigen hand, een andere track kwam tot stand in samenwerking met medemuzikanten Calum Muir (gitaar, synths) en Paul Jennings (drums, percussie). Rest nog compositorische bijdragen van Donald shaw, Ali Hutton, Scollay/Jamieson, en Gjermund Larsen).

Een allegaartje zou je denken, maar Collier en band – naast Muir en Jennings nog James Lindley (bass) en Ross Aislie (bansuri, whistles) – weten wel een eigen geluid en aanpak neer te zetten. Die is wat soft jazzy en poppy van karakter, met syncopisch ritmewerk en een wat gesmoorde sound dankzij toetsengeluiden en drones. Maar Kouman nou ye, de Haitische songdoet wel erg RTL achtig aan. Ook van de Indiase song Talariya magariya ben ik niet kapot. Wel erg soft en smeuïg.

Ondanks de verscheidenheid aan herkomst van de melodieën is het vioolspel van Collier verankerd in de Schotse fiddletraditie. Maar of ze met een album als Uddevalla potten breekt betwijfel ik.



Esther Swift
Expectations of a lifetime
(Orange feather Records OFR019; Xango Music Distributions)

Esther Swift is al sinds 2013 bezig, maar hier vrijwel onopgemerkt gebleven. Ze heeft composities geschreven, gearrangeerd en uitgevoerd voor film, ballet en andere multidisciplinaire voorstellingen. Op Expectations of a lifetime speelt ze eigen composities, waarvan een aantal voorzien van gedichten van Rachel McCrum, Edwin Morgan en het gekende Lake of Innisfree van Yeats. Haar teksten zijn poëtisch, soms scherp, maatschappelijk betrokken met politieke allegorie of feministische inslag.

Muzikaal is ze niet in een hokje te plaatsen, niet alleen qua structuur, maar ook wat betreft uitvoering. Zelfs speelt Swift harp en doet dat fel, met krachtige aanslag, maar ook met pizzicato’s, arpeggio’s en sequensen van opeenvolgende harmonische noten. Wat dat betreft lijkt het wel melodische minimal music, zoals Problems to sharpen the Young I. Maar work and play klinkt popjazzy. De inkleuring gebeurt door een vrouwelijk strijkkwartet, een jazz drummer en pianist, een trombonist en… een highlandpipe!

Telkens zet Swift je op een verkeerd, of minstens ander been. Want Swift kan zo door voor een Schotse traditionele tune. Swift is zo’n beetje de Schotse equivalent van Laurie Anderson: onvoorspelbaar, eigengereid, creatief, vakkundig, verrassend. Een fascinerende cd, vooral omdat ik niet weet wat ik er precies mee aan moet. In ieder geval niet opzetten voor de visite…



Far Flung Collective
To a sea cliff
(Far Flung collective FFC003; Xango Music Distribution)

Aan deze derde cd van het Far Flung collective werkten negentien muzikanten en twee verhalervertellers mee. Het idee ontstond net voor corona om een album te maken met nieuwe songs met muzikanten uit alle winstreken van de Britse eilanden. De veertien songs zijn dan ook onderverdeeld en geclusterd naar de vier windstreken en – algemeen – The Atlantic.

De opnamen kwamen noodgedwongen tot stand via internet in de corona tijd, maar dat is geen nadeel geweest. De muziek op het album bestaat dus uit gloednieuwe composities die passend zijn in het folkidioom. Het instrumentarium is heel breed, van de (traditionele) pipes, fiddle, accordeon , low whistle, lapsteel tot flagelhorn, klarinet, piano en uiteraard elektrische en akoestisch gitaar.

Een uitdagend klankspectrum dringt in je oren, met Durdle door met een waanzinnig intro met flageoletten uit de gitaar als intrigerende en uitdagende opener. Prima geproduceerd, geen recht toe recht aan muziek, maar composities en uitvoeringen met een idee erachter. De soms gesproken teksten maken het alleen maar mysterieuzer.


Scroll naar boven