Varokaa! Hengenvaara
(Nordic Notes, NN148)
Deze vierkoppige band uit Suistamon in Karelia is niet aan zijn proefstuk toe waar het het scheppen betreft van een heel energieke dansante arctische etnotechno sound. Dit album is mogelijk evenwel hun hevigste, hoewel ook meest popgeladen product tot op heden.
Eero Grundström (electronica, zang), Anne-Mari Kivimäki (notka accordeon, vijfrijer accordeon, zang), Reetta-Kaisa Iles en Tuomas Juntunen (zang) bieden op dit album een razende mengeling van hun stemmen, rappend en zingend onder steeds weer evoluerende experimentele oerbeats.
Het kloppend hart van hun instrumentale klank wordt doorgaans uitgedragen vanuit de kleine Russische (diatonische) Notka accordeon, die de verbinding houdt met de Karelische traditie. Het levert trance-inducerende en gierende ritmes af, die omgeven worden door spetterende en mysterieuze golven vanuit de modulaire synthesizer.
De titel Varokaa! Hengenvaara werd niet toevallig gekozen – vrij vertaald ‘Opgelet! Levensgevaar’. Gevaar loert hier op verschillende niveaus voortdurend om de hoek, zowel waar het de klank als de inhoud van de teksten betreft. Ze laten zich immers drijven op een sociale en persoonlijke betrokkenheid bij diverse maatschappelijke thema’s, zoals de klimaatcrisis, en bezingen evengoed hun gevecht met persoonlijke doodlopende steegjes, beslissingsmomenten en overweldigende emoties. Deze dansen met meer luchthartige expressies.
Die twee werelden komen ons tegemoet op een manier dat zowel het lichaam als de geest van de luisteraar onmogelijk kan weerstaan aan de zin om in beweging te komen. De teksten werden, meer dan vroeger, gezamenlijk geschreven. Voor het eerst is er ook ruimte voor liefdesliederen, waarbij de liefde en lust radicale krachten zijn, die mensen drijven naar onbekende, soms gevaarlijke territoria.
Hoewel het heerlijk luisteren is naar deze, naar Finse normen, extreem extraverte en kleurrijke plaat, is dit een project dat hongert naar podiumexpressie, niet in het minst omdat ze in hun act ook grijpen naar visuele ondersteuning, met name vanuit hun kostuumontwerpen. Zo scheppen ze een wereld waarin traditie, moede en moderne kunst elkaar ontmoeten, symbiotisch interagerend met de muziek.
Het is de creatieve combinatie van het benutten van en breken met tradities en rollen, maakt dat ze kunnen bogen op een heel breed publiek van luisteraars en dansliefhebbers. Er steekt iets primair en direct in hun basisklank, wat het makkelijk maakt om erin te stappen, terwijl ze hier onophoudelijk nieuwe laagjes van gevoelens, soundscapes en associaties aan toevoegen.
Samengevat wordt hier elektriciteit opgewekt vanuit compromisloze folktronica, vermengd met traditionele poëzie, rap en manische, door een groovende accordeon aangestuurde dansritmes, opgekruid met funky samples en finsterende elektronica, en afgewerkt met een snuifje hip hop.
