Ik sjouwde met mijn muziekinstrumenten door de Zeedijk in Amsterdam. Het was 30 Oktober 1993 en ik liep richting Zeedijk nr. 30. Mijn leven in die dagen was nogal druk ingevuld volgens mijn bewaarde agenda van dat jaar. Ik moest aan die tijd terugdenken toen ik op de radio hoorde van de teloorgang van ‘de Bruine Kroeg‘. De belangstelling loopt terug en het fenomeen sterft een langzame dood, hoorde ik een paar weken geleden. Ik heb er nog een meegemaakt waaraan ik goede herinneringen over heb gehouden.

In die dagen was ik bestuurslid, Balkankoorlid, shantyzanger, muzikant bij een Fins-Friese muziekgroep en muzikant bij een West-Europese folkgroep. De laatste met als oefenplek Café De Meester. Ik arriveerde met m’n bas, bodhran en bladmuziek en groette de ietwat groezelige café baas Piet van Rees met de vraag om koffie, om vervolgens het zijkamertje in te duiken om m’n medemuzikanten te begroeten. Vaak was ik de laatste, want sjouwen met een contra bas in het openbaar vervoer en de laatste flink wat meters kost nu eenmaal meer tijd dan een gitaar- of een vioolkoffer. Onze oefenruimte was een soort schilderijententoonstelling aan de muren, niet enkele, maar hele rijen vol. Dat strekte zich uit naar de rest van het café waar de plaatselijke buurtgenoten ‘s morgens een bakkie deden, dan wat boodschappen gingen doen, maar alweer in de middag terug waren voor een neut, zo’n ‘Pikketanissie’. Biertje met borrel er naast. Enkele sneue types die wel érg lang bleven hangen boven hun gerief bij gebrek aan verdere invulling van de dag.
De kroeg, een soort huiskamertje met meer onregelmatige bewoners van diverse pluimage waar de koffie in huiskamerkopjes werd geschonken. Waarbij kop en schotel niets te maken hadden met elkaar, net als met alle andere kop en schotels. Suiker uit een ouderwets suikerpotje en melk uit een melkpak. Met dingetjes aan de wand die alles te maken met een soort van huiselijkheid. Je zou Carmiggelt zó kunnen zien zitten schrijven, aan een tafeltje waar het kleedje erop wat verschoven was.
Die dag werd besteed aan repertoire voor een optreden op een folkpodium in Hoorn. Maar al gauw verscheen Piet in de deuropening met de dwingende vraag om in de kroegruimte te komen spelen tussen de donkerbruine houten wanden, waar meer geschilderde plaatjes van de omgeving waren gespijkerd. Achter de hoge toog stond een leuke studente om voor ons een pilsje te tappen. Piet – steevast met witte open blouse en bretels erover – zat aan het tafeltje schuin voor de toog met het porseleinen poppetje op het tafeltje. Wij stonden op het kleine vierkant waar een tafeltje even verplaatst was, de lucht door sigarengeur bezwangerd.
Onze oefenmiddag moest zich vaak afspelen onder publieke belangstelling en we kenden de vaste klanten en het bruinig witte poedeltje zo langzamerhand. Maar dát was de huurprijs voor onze oefenruimte. Ierse en Engelse songs en tunes met een enkele Nederlandse ballade was ons repertoire. Twee meiden en twee jongens was onze groep met gitaar, mandoline, viool, fluiten en mijn persoontje. De gitariste zong de meeste nummers en soms zong de violiste mee.
Piet van Rees, van oorsprong Rotterdammer, was een pientere uitbater die van de ‘kop van de Zeedijk’ weer een normale straat wilde maken waar, in die jaren. Het straatbeeld nogal werd gedomineerd door junks: vage kromme figuren die soms wat wezenloos voor zich uit keken, of soms met kleine dribbelpasjes door de terugtrekkende spieren door de straat schoten op zoek naar ‘wit’ of ‘bruin’, om daarna ook weer tijdelijk wezenloos te worden. Een deprimerende omgeving.

Maar Piet ontwikkelde leuke culturele acties. De week later had hij een ‘schilders dag’ georganiseerd voor zogenaamde ‘zondag schilders’, gewoon mensen die van schilderen hun hobby hadden gemaakt en Piet organiseerde dit jaarlijks terugkerende fenomeen. In de buurt rond de Zeedijk zat om de 100 of 200 meter een schilder achter zijn of haar ezel en schilderde wat hij of zij zag. Maar er was méér die dag want tussen die ezels stond een muziekbandje te spelen, ver genoeg van elkaar om elkaar niet te storen. Via de gemeente had Piet een vrijwaringsbewijs voor die dag voor het gebied rond zijn buurt. Het trok veel aandacht.
Na een half uur verplaatste de muziekgroep zich in de richting van de volgende speelplaats van een andere groep, die ook ‘doorschoof’. Zo speelde elke groep de hele middag vol met ‘de koffer open’ voor eventuele donaties. En om de lol nog groter te maken speelde er een looporkestje langs de schildersroute, waar je als groep even mee méé kon spelen. Om 17.00 uur stopte de middag en werden de schildersresultaten bewonderd in Café De Meester onder het genot van een pistoletje met vlees, kaas of ei, die door Piet waren besteld.
En het mooiste schilderwerkje kreeg ergens voor een periode een plekje aan de wand van de nering. Er gebeurde veel in Café De Meester, zoals de maandelijkse zangmiddag op zondag onder leiding van Jos de Rooij, een begrip als muzikant in Amsterdam-Noord en de oprichter van Stichting Mokum Folk.
Het was een bruine kroeg met een actieve kroegbaas. Maar aan alles komt een eind. Mijn muziekgroep eindigde vrij plotseling vanwege ’gendergevoelens’ dat een van ons weg dreef naar een andere groep met meerdere gendergevoelige muzikantes. Mijn folk podiumactiviteit bij de dansvereniging werd met behulp van Mokum Folk voortgezet tot op heden en ik verplaatste mijn bas naar een bluegrass groep met enkele bestuursleden.
Piet van Rees stierf op 11 februari 1997. De familie liet de kroeg afbreken en verkocht de grond, toen al een voorbode wat nu gaande is. Een paar jaar lang was er een gat in de straat met een houten schutting ervoor. Maar geheugen houdt alles heel en fijn en weet nog dat ik in ’93 over de Zeedijk m’n bas voort sjouwde naar weer een leuke oefenmiddag in Café De Meester, waar ome Cor weer vroeg om The shipyard, of hoe heette dat lied ook al weer…
Nu loop ik weer langs de Zeedijk, maar dan naar de Centrale Bieb en pik daar toch weer een paar cd’tjes op die nog redelijk recent zijn. Zoals de groep Baklava afkomstig uit Macedonië en die aardige wereldmuziek maakt. Niet alles is even boeiend, zoals de soms wat piepknorrige jazz die klinkt in het tweede nummer Cair – ulica krsto Asenov, maar er valt genoeg te beleven op dit vierde album From Skopje with love uit 2023. Soms pure pop en soms tamelijk fijne traditionele muziek met de kanun vaak in de hoofdrol, maar ook de sax en de klarinet en ook vaak daf en darabukka in de percussie-ondersteuning. Vaker draaien en dan zal ik ook wel wennen aan de te felle elektrische kamenche. Het laat in ieder geval horen wat de muziek van nu in Macedonië is.

Het andere album, wat me sterker bekoort, is een album van Rhiannon Giddens: You’re the one. Het kent een veelheid aan stijlen, maar is toch als geheel een fantastisch roots album, met een dijk van een stem en ruimschoots gebruikmakend van haar kwaliteiten op banjo en fiddle. Soms blues, soms rhythm & blues, maar ook black country of zydeco met Dirk Powell aan het roer. Een veelvoud van roots stijlen, met alleen maar ijzersterke nummers. Zoals de titeltrack van ingetogen naar een enorme strot op basis een kabbelende banjo. Wrong kind of right met een zacht hammondorgeltje in deze slow blues uit eigen pen.
Another wasted life, waar ze goed naar Nina Simone heeft geluisterd en heerlijk voluit het bezongen leed uitschreeuwt. Tekstueel zit alles ook goed in elkaar. Het volgende You ‘Louisiana Man’ met grote inbreng van Dirk Powell is een heel sterke zydeco track. In Hen in the foxhouse horen we de pure black swamp music voorbij komen, waarin ze ook even laat horen dat ze ook scatten kan. Het mierzoete Who are you dreaming of valt wat uit de toon en is niet ‘my cup of tea’, maar dat is ook mijn enige kritiekpuntje op dit geweldige album. Het wordt al gauw weggespoeld door een pittige Maria Muldaur – achtige ragtime song, gevolgd door een black country: Way over yonder . Alles even krachtig gebracht. Na zes jaar weg is ze weer helemaal terug in de schijnwerpers met dit geweldige album uit 2023. Gauw opnieuw opzetten.
Baklava – From Skopje with love (2023)
Rhiannon Giddens – You’re the one (Nonesuch Records 2023)