Woody Guthrie – Dust Bowl Ballads

Woody Guthrie - Dust Bowl Ballads

Door René van Peer

Met dit Meesterwerk vieren wij de geboortedag van Woody Guthrie op 14 juli 1912. Een ecologische ramp en een film vormden de bronnen waaruit folkzanger Woody Guthrie zijn inspiratie putte voor zijn eerste commerciële opnamen, in 1940 uitgebracht onder de titel Dust Bowl ballads. De uitgave, twee sets van drie 78-toeren platen, bracht Guthries loopbaan op een nieuw niveau. Met de desastreuze gevolgen die de wisselwerking tussen mens en klimaat weleens zou kunnen hebben, is dit werk onverminderd actueel.

On the 14th day of April of 1935,
There struck the worst of dust storms that ever filled the sky.
You could see that dust storm comin’, the cloud looked deathlike black,
And through our mighty nation, it left a dreadful track.

Met dit couplet opent Woody Guthries Dust Bowl ballads. Het eerste lied van de verzameling The great dust storm plaatst je midden in de ecologische catastrofe die zich in de jaren dertig voltrok in een uitgestrekt gebied ten westen van de Mississippi. Jaren van hitte, droogte en mislukte oogsten culmineerden in de zwartste stofstorm die de mensen ooit meegemaakt hadden.

Op Black Sunday veranderde de dag in een nacht van verschrikking voor het midden van de Verenigde Staten. De ironie van het lot wilde dat het Palmzondag was, een van de christelijke hoogtepunten van het jaar, en dat de dag op veel plaatsen in het gebied sprookjesachtig mooi en stil begonnen was. Het was middenin de periode die de geschiedenis ingegaan is als de Dust Bowl. Door jaren van roofbouw op de schrale grond, eigenlijk alleen maar geschikt voor taaie grassoorten, was de bovenlaag uitgeput.

Het gebied, de zuidelijke Plains ten westen van de Mississippi, was als laatste in de Verenigde Staten gekoloniseerd. Merendeels arme boeren waren er aan het einde van de negentiende eeuw naartoe gelokt met beloften van lage grondprijzen en overvloedige graanoogsten. Aanvankelijk waren de opbrengsten inderdaad hoog door een reeks verraderlijk zachte en regenachtige winters. Na de Eerste Wereldoorlog liep de vraag naar graan terug en probeerden boeren hun inkomen op peil te houden door een hogere productie, elke cyclus van zaaien en oogsten was een zwaardere aanslag op de grond. In die jaren ging het klimaat terug naar normale, drogere waarden, en sloeg vervolgens door naar een droogte die in het hart van het gebied tien jaar aanhield.

Playlist van dit album via onze NFS Spotify:

Droogte en onverantwoord gebruik van het land deden de bovenlaag van de grond verstoffen, en stofstormen werden een regelmatig terugkerend verschijnsel. Het moet een tijd geweest zijn van ontstellende ontberingen, zorgen en verdriet. Van ellendige armoede en wanhoop. Aan het stof viel niet te ontkomen. Het drong evenzeer het leven en de ziel van de mensen binnen als hun woningen – vaak niet meer dan hutjes die in de grond waren uitgegraven. Kinderen hoestten stof op, stierven naar adem snakkend aan stoflongen. Vee stierf doordat stof en zand de ingewanden verstopte. De lucht was vrijwel altijd zwanger van stof, temperaturen bereikten vaak onmenselijk hoge waarden.

Maar op die zondagochtend in april leek het of de natuur zijn helse grip op het gebied losgelaten had. De lucht was schoon, de hemel leek van glas en parelmoer. Hoop bloeide op. Mensen konden hun gedachten even wijden aan andere zaken dan de dagelijkse worsteling met de elementen. De ramen konden open. Gezinnen konden er op uit. Toen daalde de temperatuur sterk, en zagen de mensen uit het noorden een zwarte muur naderen met rode vlekken langs de randen, alsof er vuur omheen speelde.

Een harde wind vanuit Canada had zand en stof opgerakeld. Een zuidenwind stuwde het stof naar grote hoogte, en op de vleugels van de aanwakkerende storm joeg het zuidwaarts. Wat er aan stof de lucht in ging tart de verbeelding. Schattingen spreken van twee keer de hoeveelheid grond die verplaatst werd om het Panamakanaal te graven. Door de atmosferische omstandigheden van dat moment was het de zwaarste stofstorm van de Dust Bowl. De zwarte muur van zand die tijdens Black Sunday over het land trok leek een Oud-Testamentische plaag. Al snel konden mensen geen hand meer voor ogen zien. Letterlijk – het zicht was soms nog geen meter. Wie zich buiten waagde, liep grote kans het leven erbij in te schieten. Een westenwind blies het stof naar Washington. Direct geconfronteerd met dit teken van boven kon de federale regering er niet omheen: in hun land voltrok zich een ramp op ongekende schaal.

Woody-Guthrie

Our relatives were huddled into their oil boom shacks,
And the children they was cryin’ as it whistled through the cracks.
And the family it was crowded into their little room,
They thought the world had ended, and they thought it was their doom.

The storm took place at sundown, it lasted through the night,
When we looked out next morning, we saw a terrible sight.
We saw outside our window where wheat fields they had grown
Was now a rippling ocean of dust the wind had blown.

It covered up our fences, it covered up our barns,
It covered up our tractors in this wild and dusty storm.
We loaded our jalopies and piled our families in,
We rattled down that highway to never come back again.

Eerder al waren mensen, die uit het gebied van de Dust Bowl weg konden, begonnen aan een grote trek naar het westen, het vruchtbare Californië. Daar werden ze allerminst met open armen ontvangen. Als dagloners kwamen ze terecht in haveloze kampementen, met aan de poort bewapende milities gerekruteerd uit omwonenden. De omstandigheden van deze vluchtelingen in eigen land werd in 1939 treffend door John Steinbeck beschreven in The Grapes of Wrath, waarvoor hij het jaar daarop de Pulitzerprijs ontving, en meer dan twintig jaar later de Nobelprijs voor de Literatuur. De roman werd vrijwel meteen verfilmd. Het was een verhaal dat de gemoederen beroerde. Het hield de Amerikanen een spiegel voor waar ze niet graag in keken.

Geboren in Oklahoma woonde Woody Guthrie bij het begin van de Dust Bowl in het deel van Texas dat getroffen werd door de droogte. Vanaf jonge leeftijd werd hij gedreven door een rusteloze energie, die zich uitte in creativiteit en een zwervend bestaan. Hij maakte toen al muziek, leerde liedjes van mensen die hij onderweg ontmoette, schreef eigen liedjes, maar was ook dol op tekenen – hij verdiende geld met musiceren in kroegen en het schilderen van uithangborden. Zijn omzwervingen brachten hem in Californië waar hij met eigen ogen zag hoe het er in de kampementen aan toe ging. Teksten die hij schreef, zowel op bestaande muziek als op eigen melodieën, gingen over zijn belevenissen. Zo ontstonden de eerste liedjes over de levensomstandigheden in de Dust Bowl en van de migranten, die Okies genoemd werden naar de staat Oklahoma waar het merendeel vandaan kwam.

In 1940 vertrok hij naar New York waar hij werd uitgenodigd om deel te nemen aan een benefietconcert voor het John Steinbeck Committee for Agricultural Workers. Onder de aanwezigen was Alan Lomax. Die begreep onmiddellijk het potentieel van de zanger, een oorspronkelijk talent dat zich weinig gelegen liet liggen aan commerciële stijlen van dat moment. Hij maakte uitgebreide opnamen met Woody voor de Library of Congress, maar wist ook een van de grote platenmaatschappijen te interesseren voor een uitgave van liederen rond de Dust Bowl. Victor Records verwachtte mee te kunnen liften op het succes van de Grapes of Wrath-film. Woody schreef zelfs op speciaal verzoek een lange ballade over Tom Joad, de hoofdpersoon van het verhaal. Hij was opgetogen over dit lied, het beste dat hij tot dan toe geschreven had, juichte hij. Victor stemde ermee in om Dust Bowl ballads uit te brengen in twee sets van elk drie platen – een teken van vertrouwen.

Dat vertrouwen bleek betrekkelijk. Victor perste nog geen duizend exemplaren, dus bleef de verspreiding ver achter bij wat Woody en Lomax gehoopt hadden. De uitgave werd echter opgemerkt door de landelijke media, zowel kranten als radiostations. Het betekende de definitieve doorbraak voor Woody, die eigen radioshows kreeg en door het hele land op tournee ging.

Ook nu nog, bijna zeventig jaar nadat Woody zijn ‘ballads’ schreef, hebben zijn teksten en voordracht nauwelijks hun zeggingskracht verloren. De muziek klinkt doorgaans opgewekt, zijn stem laconiek, maar telkens weer is hoorbaar hoezeer hem dit persoonlijk ter harte gaat. Het woord ‘politici’, de mensen die hun ogen gesloten hielden voor de ontreddering van de getroffen boeren, wordt overladen met minachting. Hij schildert de stofstormen in aangrijpende bewoordingen. Hij deinst ook niet terug voor sarcasme als hij in Dust pneumonia blues zijn liefje flauw laat vallen door de regen en haar bijbrengt door haar een emmer stof in het gezicht te gooien. In verschillende nummers is goed te horen hoe groot de invloed van Woody was op Bob Dylan aan het begin van diens carrière.

Maar wat deze verzameling nog steeds actueel maakt is dat er na al die jaren blijkbaar nog weinig veranderd is. Meer dan ooit hebben machthebbers er moeite mee om de belangen van zwakkeren in de samenleving te behartigen, als ze die al zien en erkennen. Meer dan ooit worden migranten behandeld met een minimum aan sympathie. Over ecologische noodtoestanden hoeven we het al helemaal niet te hebben – die zijn aan de orde van de dag. Verschil is wel dat muziekindustrie en massamedia eigentijdse tegenstemmen met succes weten te overschreeuwen. Woody Guthrie – Dust bowl ballads (Buddha Records 74465 99724 2)
Te beluisteren via Spotify:

Internet:
www.woodyguthrie.org
www.folkways.si.edu
Lezen:
Joe Klein – Woody Guthrie: A Life (Delta)
Timothy Egan – The Worst Hard Time (Mariner Books)
Jubileumuitgave: The Woody Guthrie Centennial Songbook: 100 Years – 100 Songs

Dit Meesterwerk verscheen in © New Folk Sounds 121, febr/maart 2009
PDF van dit ‘papieren’ artikel

Scroll naar boven